Als een ouder eenhoofdig gezag
heeft, kan hij zelfstandig kiezen naar welke school het kind zal gaan. Na een
echtscheiding zijn de ouders echter meestal gezamenlijk belast met het
ouderlijk gezag. Zij hebben daarbij gelijke rechten en plichten. Dit betekent
dat ouders samen keuzes moeten maken in de opvoeding. Dit geldt o.a. voor keuzes
omtrent de woning, medische behandelingen, verhuizingen en vakanties van het
kind. Ook de schoolkeuze is een keuze die niet eenzijdig gemaakt kan worden.
Dit wordt vaak opgenomen in het ouderschapsplan.
Vervangende toestemming schoolinschrijving
Het is van belang dat ouders er
samen uitkomen. Doordat zij gezamenlijk gezag hebben, is immers de toestemming
van beide ouders voor de inschrijving op een school vereist. Ontbreekt toestemming
van één van de ouders, dan heeft dit tot gevolg dat het kind niet staat
ingeschreven en dus niet naar school kan. Dit zou een probleem zijn. De wet
kent echter een oplossing: als ouders er echt niet samen uitkomen, kan een
ouder ervoor kiezen om voor de rechter te verzoeken om vervangende toestemming.
Belangen
De rechter kijkt welke
schoolkeuze hij in het belang van het kind het meest wenselijk vindt. Het
belang van het kind staat dus in principe voorop. De rechter houdt echter
rekening met alle omstandigheden van het geval, wat kan betekenen dat andere
belangen toch zwaarder wegen. Factoren die bij de afweging een rol spelen, zijn
onder andere de reisafstand tussen de school en het verblijfadres, de cognitieve
en educatieve ontwikkeling, de sociale ontwikkeling, het emotioneel welbevinden
en wat het kind zelf wil.
De verzoekende ouder kan voor de
rechter argumenten aanvoeren waaruit blijkt dat de vervangende toestemming moet
worden verleend. Een voorbeeld van zo’n argument is dat de school in kwestie
het beste bij het kind past. De ouder die weigert toestemming te verlenen dient
juist te onderbouwen waarom de school niet
geschikt is. De locatie van de school zou bijvoorbeeld een negatieve
invloed hebben op de kwaliteit van het contact tussen het kind en de ouder.
De rechter weegt alle betrokken
belangen af. Als hij van mening is dat het verzoek om vervangende toestemming
toegewezen moet worden, verleent hij de toestemming. De verzoekende ouder kan
dan het kind inschrijven op de school die zijn voorkeur geniet en waarvoor de
toestemming verleend is.
Gevoelskwestie
De schoolkeuze is vaak een
gevoelskwestie. Het is dan ook van belang dat ouders samen een keuze proberen
te maken. De gang naar de rechter is immers altijd een laatste redmiddel.